In juni van dit jaar (2024) verschijnt bij Uitgeverij LIAS De Wereld in Taal: een reis in 40 verhalen onder redactie van Alla Peeters en Petra Sleeman. Voor de totstandkoming van dit boek hebben 33 taalonderzoekers, docenten en (PhD) studenten, allen verbonden aan de Faculteit der Geesteswetenschappen, zich laten inspireren door de thema’s wereld, taal en reis die op een verrassend gevarieerde wijze geïnterpreteerd zijn door de auteurs. In het boek gaat het dan ook niet alleen om wereldreizen (vaak als resultaat van ontdekkingsreizen of handelsactiviteiten tussen verschillende landen en volkeren) of reizen door tijd en ruimte, weergegeven in woorden, gebaren of beelden. Het gaat in het boek vooral om een reis als metafoor. Bijvoorbeeld het leren van een tweede taal ten behoeve van een fysieke verplaatsing naar een ander land, het lezen als een reis door een boek en de cognitieve veranderingen die ermee gepaard gaan, of het aanpassen van woorden in de vorm of uitspraak. In veel verhalen laten de auteurs ook zien hoezeer taal met de cultuur van een land verbonden is. Die verbondenheid is zichtbaar in allerlei uitdrukkingen, gebaren of taalboeken die de tijdsgeest weerspiegelen in hun oefeningen. In het afsluitende hoofdstuk Over taal, politiek en nog meer maakt de lezer een wereldreis om te zien hoe politieke situaties of ontwikkelingen talen en vertalingen beïnvloed hebben.
De Wereld in Taal: een reis in 40 verhalen is tot stand gekomen dankzij een bijdrage uit het UvA-Valorisatiefonds, beheerd door IXA-UvA (het kennistransferbureau van de Universiteit van Amsterdam), en subsidie van het Amsterdams Universiteitsfonds en het Amsterdam Center for Language and Communication. Meer dan 10 leden van de 3LM onderzoeksgroep hebben een bijdrage geleverd aan dit boek, individueel of in samenwerkingen. Hieronder lees je welke hoofdstukken door de leden zijn geschreven. Het boek is vanaf juni 2024 te koop.
Ik ga op reis en neem mee: mijn leesbril (Sybren Spit, Sarah der Nederlanden en Sible Andringa)
Om een reis te maken hoef je je niet fysiek te verplaatsen, maar kun je natuurlijk ook een boek oppakken. Wanneer je leert lezen vinden allerlei cognitieve veranderingen plaats, waardoor je de wereld net even anders bekijkt. Hoe het is om de wereld met zo’n leesbril op te bekijken, lees je in dit hoofdstuk!
Ongeletterd? Hoe leer je dan een tweede taal? (Sybren Spit, Bart Siekman en Kaatje Dalderop)
Voor wie nieuw is Nederland, is een van de dingen die ze doorgaans moeten leren het spreken van een nieuwe taal. Voor sommigen is dat extra ingewikkeld, omdat zijn in hun land van herkomst bijna geen onderwijs hebben gehad, en als gevolg daarvan soms nooit leren lezen en schrijven. In dit hoofdstuk lees je meer over hoe ongeletterde sprekers een nieuwe taal leren.
Dat meen je niet!? (Kimberley Mulder, Britt Daize, Elise van Wonderen en Josje Verhagen)
We zeggen niet altijd letterlijk wat we vinden of denken. Om onze eigenlijke boodschap niet te direct over te brengen, kunnen we deze dan in een ironische zin verpakken. Ironie is een veelvoorkomend fenomeen in onze taal en toch is niet zo makkelijk te begrijpen. Over het begrijpen van ironie door meertalige kinderen en volwassen tweedetaalleerders en wat je hiervoor nodig hebt lees je in dit hoofdstuk.
Nederlands leren: een fluitje van een cent? (Kimberley Mulder en Simone Sprenger)
Vaste uitdrukkingen geven kleur en geur aan een taal. In dit hoofdstuk lees je over waarom anderstalige leerders van het Nederlands soms geen touw kunnen vastknopen aan uitdrukkingen.
Thuiskomen in een vreemd land. (Kimberley Mulder en Julia Dingenouts-Voskresenskaia)
In onze onderwijspraktijk moeten we als taaldocenten niet vergeten dat adolescente en volwassen nieuwkomers niet als een onbeschreven blad naar Nederland komen. Vanuit hun landen van herkomst nemen ze andere werelden met zich mee in hun koffer: werelden vol andere tradities, gebruiken, tijdsbeleving, temperament en omgangsprincipes. Taaldocenten maken echt nog niet genoeg gebruik van deze schat aan ervaringen. In dit hoofdstuk wordt een antwoord gezocht op de vraag of de integratie van cultuurcomponenten in NT2 leermiddelen interculturele communicatieve competenties kan bevorderen.
Taal als een kompas voor het welzijn van ons brein. (Daphne in ’t Veld en Michal Korenar)
Om ons denkvermogen te beoordelen, maken neuropsychologen gebruik van verschillende talige taken. Afwijkingen van grammaticale structuren die we op school hebben geleerd kunnen bijvoorbeeld veel vertellen over de staat van de hersengebieden die verantwoordelijk zijn voor taalverwerking. In dit hoofdstuk lees je over de rol van de Verbal Fluency test in het meten van onze cognitie.
In welke taal kun je het best rekenen? (Heleen de Vries)
Wiskunde wordt vaak gezien als een ‘universele taal’, maar klopt dat wel? Dit hoofdstuk gaat over hoe men wereldwijd uiteenlopende telsystemen heeft ontwikkeld. In welke taal kun je het beste rekenen, en wat maakt het Nederlands juist minder geschikt?
Hoe ingewikkeld ‘simpel’ kan zijn. (Alla Peeters)
Een eenvoudig Nederlands zinnetje als Ik ga naar school kan veel problemen opleveren in andere talen. Sprekers van deze talen kunnen deze zin simpelweg niet omzetten naar hun moedertaal. Waarom niet? Dat lees je in dit hoofdstuk.
Pas op het groene uiltje! Taalleren met Duolingo (Ineke Vedder)
Duolingo is een populaire taalapp voor meer dan dertig verschillende talen. Cruciaal is de vraag naar het leereffect en het profijt van Duolingo. Wat leren vijf miljoen gebruikers – voor zover ze niet zijn afgehaakt – uiteindelijk nu wel en niet? Het antwoord op deze vraag vind je in dit hoofdstuk.
Taalboeken als sociaal-culturele spiegel (Ineke Vedder)
Een taal leren is veel meer dan alleen het leren van grammatica, uitspraak en woordjes. Het is een kennismaking met de cultuur, tradities en gewoonten van het land waar een bepaalde taal wordt gesproken. Taalboeken verschillen natuurlijk in de mate waarin expliciet aandacht aan culturele aspecten wordt besteed. Maar wat ze gemeen hebben is dat ze een weerspiegeling vormen van de sociaal-culturele en historische context. In dit hoofdstuk bespreekt Ineke Vedder plussen en minnen van verschillende leergangen van het Italiaans voor Nederlandse taalleerders die in de twintigste eeuw ontwikkeld waren.
Wat & Hoe: gespreksboekjes toen en nu (Ineke Vedder)
Weet je dat de ‘Wat & Hoe’ gidsjes al ruim negentig jaar bestaan, ontwikkeld voor zo’n zeventig verschillende talen? In dit hoofdstuk duik je in de geschiedenis van deze handige boekjes die ondanks hetzelfde format en corpus voor alle talen in hun langjarig bestaan verschillende veranderingen ondergaan hebben.