Hoe leer je taal als je ook leert lezen en schrijven?

De afgelopen maanden zijn we met het Meta-LLL-project bij veel NT2-klassen langsgeweest om onderzoek te doen. Voor dit onderzoek namen we een paar verschillende tests af. Daarmee wilden onderzoeken welke invloed geletterdheid heeft op het verwerven van een tweede taal. Veel van onze kennis over het leren van een nieuwe taal is gebaseerd op leerders die veel lees- en schrijfvaardigheid hebben. In dit onderzoek kijken we juist ook naar leerders die dat minder goed kunnen. Hoe leren zij een nieuwe taal?

Nieuwe namen leren

Een van de tests die we afnamen was een taak over Meryam. In deze taak stelt Meryam haar familieleden en huisdieren voor. De deelnemers moeten vervolgens de namen van deze familieleden en huisdieren leren. Je ziet hieronder een plaatje van die familieleden en huisdieren. Hun namen waren zo gekozen dat ze niet heel makkelijk zijn om te leren. De familieleden heetten bispak, densim, hiftam en sertat. De huisdieren fif, fef, faf en fuf.

Met deze taak wilden we onderzoeken hoe goed deelnemers nieuwe woorden kunnen leren. Om dat te doen kregen ze ieder familielid of huisdier een paar keer te zien, en hoorden ze ook de naam van het familielid of huisdier. Ook probeerden we het sommige deelnemers nog wat makkelijker te maken: zij hoorden niet alleen de naam, maar zagen die ook onder het plaatje erbij geschreven. Om te testen of deelnemers deze namen hadden onthouden zagen ze na afloop steeds een paar plaatjes bij elkaar en hoorden ze één naam. Ze moesten dan aanwijzen welk familielid of huisdier bij die naam hoorde.

Wie deden er mee aan het onderzoek?

Aan dit deel van het onderzoek deden uiteindelijk 166 mensen mee die allemaal een variant van het Arabisch als eerste taal hebben, en het Nederlands als tweede taal aan het leren zijn. Bij alle deelnemers hebben we eerst ook nog een taak afgenomen om te bepalen hoe goed ze al kunnen lezen en schrijven in het Nederlands. Ongeveer de helft van de deelnemers bleek dit al wat beter te kunnen (ervaren lezers), de andere helft was hier nog minder ervaren in (ontwikkelende lezers). Deze groepsindeling was belangrijk, omdat we wilden weten wat de invloed is van geletterdheid op het leren van een nieuwe taal. Of in dit geval op het leren van woorden, in de vorm van namen.

Uitkomsten

Uit het experiment bleek dat de meer ervaren lezers ook wat beter waren in het leren van namen van zowel de familieleden als de huisdieren. Het lijkt er dus op dat je door te kunnen lezen en schrijven al een voordeel hebt bij het leren van namen. Dit is belangrijk om te weten omdat in eerder onderzoek vaak over het hoofd wordt gezien dat alleen al het kunnen lezen en schrijven van grote invloed is op hoe je een taal leert.

Daarnaast zagen we ook dat het aanbieden van een geschreven woordvorm bij het leren van de taal een positief effect had voor alle deelnemers. Zowel ervaren als zich nog ontwikkelende lezers onthielden iets meer namen wanneer zij niet alleen een naam hoorde, maar ook die naam ook geschreven in beeld kwam. Hoewel de resultaten niet heel uitgesproken waren, geven ze wel te denken. Zelfs als je nog niet zo goed kunt lezen en schrijven, kan het al een heel klein beetje helpen om een woordbeeld aangeboden te krijgen. Kwaad lijkt het in elk geval niet te kunnen!

Conclusie

Hoewel dit experiment en erg versimpelde vorm van taalleren is, zijn de uitkomsten toch mogelijk praktisch relevant. Met name de bevinding dat een woordbeeld niet heel afleidend is, ook al kan een leerder het woord nog niet heel goed verwerken, kan ook van nut zijn in het klaslokaal. Daarnaast bieden ze ook nieuwe theoretisch inzichten over hoe een taal geleerd wordt, en wat de invloed van geletterdheid is op het leren van taal. Ben je benieuwd naar welke rol geletterdheid nog meer kan spelen in dat proces? Hou dan onze website in de gaten. Binnenkort publiceert collega Bart Siekman ook een blog over het experiment dat hij bij een deel van dezelfde onderzoeksdeelnemers heeft afgenomen.